Frank Vande Veire
Related: art criticism - Belgium
[...] De moderne conditie van de kunst houdt in dat, zoals Adorno zei, niets wat de kunst aangaat nog vanzelfsprekend is, zelfs niet haar bestaansrecht.[...]
[...] Nooit is er voor de meest nietszeggende drollen van kunstenaars zoveel geld neergeteld, nooit zijn er aan de grootste charlatanerie en mediocriteit zulke chicque en geleerde publicaties gewijd. Nooit heeft men zo flagrant gemakzuchtig effectbejag als ‘subversief’ of ‘controversieel’ onthaald. [...]
Biography
Frank Vande Veire is a philosopher, essayist and art critic. He is a regular lecturer at various universities and art institutions in Belgium and The Netherlands, and writes on contemporary art for exhibition catalogues and for art magazines such as De Witte Raaf. In 1998, he received the Flemish Award for Cultural Critique for his collected essays. In 2000, Sun Publishers, Nijmegen, will publish his history of art philosophy Atopos. Een inleiding in het moderne denken over kunst. At the Piet Zwart Institute he was a tutor from 1995-2001 and a project leader for Crucial Moments in Avant-garde Literature (November 1999-January 2000), Four Moments in 20th Century Philosophy and Thomas Manns Doctor Faustus (April-July 2000) and The Return of the Real (January-April 2001).
I Love Art, You Love Art, We All Love Art, This is Love.
‘Kunst ontroert. Kunst glimlacht. Kunst verzoent. Verrast. Of trapt een geweten. Kunst maakt wakker. Kunst danst. Zingt. Roept. Acteert. Kunst schreeuwt. In schilderijen. Fluistert. In gedichten. Kunst wil bestaan. Moet bestaan. Door sponsors. Door KBC. Een bankverzekeraar van nu. Voor mensen van nu. Die bezield zijn door het leven. Door cultuur. Door Kunst. Met een grote of kleine K. Voor grote emoties. Mensen die willen voelen. Lachen. Huilen. Applaus geven. Of stil worden. Heel stil. Mensen zoals u. Zoals wij. Mensen zoals KBC.’I am back from the death and on the way to the parting under the sound of the thousand cameras. Click click click...
Jan Fabre, Angel of Death
‘In de 21ste eeuw schreeuwt de kunst de slapers wakker.’ Deze zin staat op een kaart die een tijd geleden werd rondgestuurd door het SMAK, ondergetekend: Sas van Rouveroij, Eerste Schepen. Op de achterkant van de kaart een foto van het befaamde kunstenaarskoppel Abramovic en Ulay dat elkaar van heel dichtbij in het gezicht schreeuwt. De kaart richt zich ongetwijfeld niet tot degenen die nog wakker geschreeuwd moet worden, maar tot degenen die al wakker zijn. Alleen zij kunnen immers begrijpen dat ‘kunst de slapers wakker schreeuwt’. Al wie de kaart in de bus krijgt voelt zich meteen behoren tot de wakkeren die aan de kant van de kunst staan, niet tot degenen die tot op de dag van vandaag nog steeds niet wakker zijn en dus nog moeten worden wakker geschreeuwd. - Gelukkig dat wij al lang de wakkere vrienden van de kunst zijn. Gelukkig dat wij de kunst niet meer nodig hebben om te ontwaken. Wij zijn immers al wakker en de tijd dat wij ooit door de kunst werden wakker geschreeuwd is zo veraf dat wij er ons niets meer van kunnen herinneren. Maar wij houden toch nog van de ontroerende aanblik van al die mensen die staan aan te schuiven om door de kunst te worden wakker geschreeuwd en zich, de slaap uit de ogen wrijvend, langzaam aan braafjes bij ons voegen. Ze geven ons het warme gevoel dat kunst nodig is. Zij geven gestalte aan ons geloof in de kunst. Wij, de wakkeren, kijken elkaar vol verstandhouding aan. Neen, de kunst schreeuwt ons niet wakker, zij herinnert ons aan onze wakkerheid. Zij knipoogt naar ons en wij knipogen terug. Dat is wel een beetje een saaie boel, maar het vervult ons toch met tevredenheid. - ‘Wij hebben het geluk ontdekt, zeggen de laatste mensen, en knipogen.’ (Nietzsche, Zarathoestra)
Gent, maart 2003
Read the rest here: -- via http://www.google.com/url?sa=t&ct=res&cd=1&url=http%3A//www.kunstbeeld.nl/KB_discussie_iloveart.htm&ei=j_81RPHWHIW-wgHE_fT9Dg&sig2=3ECO16fHUhf2pFuye_WXPQ [Apr 2006]